Dronebezitters kunnen in de toekomst mogelijk zelf een Cx-label toekennen aan hun toestel, mits de fabrikant aannemelijk kan maken dat de drone daardoor aan alle technische eisen voldoet. Het kan zijn dat men daartoe eerst een firmware-update of hardware-upgrade moet uitvoeren. Dat heeft het Europese agentschap voor de luchtvaartveiligheid EASA gezegd in antwoord op vragen van vlogger Henrik Olsen.
Dilemma
Dronevliegers in heel Europa zien zich momenteel voor een lastig dilemma gesteld op het moment dat ze willen in een investeren in nieuwe hardware. Vanaf 1 januari 2023 moeten alle drones immers voorzien zijn van een C0 t/m C4 klasse-aanduiding, anders mag je er alleen mee vliegen in Open categorie A3 (uitgezonderd drones die minder wegen dan 250 gram). Maar momenteel zijn er nog geen drones te koop met een Cx-label, omdat de gedetailleerde technische vereisten nog altijd niet zijn vastgesteld.
Maar mogelijk is er toch licht aan het eind van de tunnel. Luchtvaartveiligheidsorganisatie EASA heeft namelijk gezegd dat een drone in bepaalde gevallen door de gebruiker voorzien mag worden van een Cx-label. Het gaat daarbij om het retroactief toekennen van een Cx-label, iets waar de Europese verordening 2019/945 eigenlijk niet in voorziet. Er is dus sprake van een afwijking op de regelgeving.
Compliant na modificatie
Volgens EASA Drone Project Manager Natale Di Rubbo mag de klasse-aanduiding alleen aangebracht worden als de dronefabrikant kan aantonen dat het toestel voldoet aan de gestelde eisen. Normaal gesproken kan dat alleen voordat de drone op de markt wordt gebracht. Dat is meteen de reden dat zowel recreatieve als professionele dronevliegers op dit moment huiverig zijn om drones aan te schaffen zonder zo’n label, vanwege de beperkte houdbaarheid van het gewenste toestel.
De Europese Commissie heeft volgens Di Rubbo echter bepaald dat in sommige gevallen een bepaald model drone dat al op de markt is verschenen achteraf alsnog mag worden voorzien van een Cx-label. Dan moet de fabrikant wel kunnen aantonen dat het model voldoet aan de eisen (compliancy). Als daarvoor een kleine modificatie nodig is, dan kan de gebruiker die zelf uitvoeren. In het geval van ingrijpender modificaties kan het zijn dat het toestel teruggestuurd moet worden naar de fabrikant.
Het is dus denkbaar dat er voor bezitters van recente dronemodellen firmware-updates of upgrade-kits beschikbaar komen, en dat men afloop van de upgrade zelf het betreffende Cx-label mag aanbrengen. In het geval van de DJI Mavic 3 bijvoorbeeld is het denkbaar dat deze drone alsnog een Cx-label kan krijgen, aangezien de drone lijkt te voldoen aan het merendeel van de aankomende eisen (zoals remote-ID, geo-awareness, geluidsproductie, etc). Daarmee zou de drone voor veel potentiële kopers een stuk interessanter worden.
Nog veel onduidelijk
De vraag is nu in hoeverre de recent uitgebrachte drones kunnen voldoen aan de nieuwe eisen. Het is te vroeg om daar iets over te zeggen, aangezien de uitwerking van de productstandaarden nog volop in gang is. Nog altijd is er veel onduidelijk.
Zo zal er nog het nodige gesoebat worden over de gewichtslimieten. Om bij het voorbeeld van de Mavic 3 te blijven: deze drone heeft een TOW (take-off weight, startgewicht) van net geen 900 gram, maar EASA spreekt in de regelgeving echter over MTOW (maximum take-off weight, het maximale startgewicht). En die is in het geval van de Mavic 3 zeker meer dan 900 gram, maar DJI geeft de MTOW simpelweg niet op in de handleiding. De uitkomst van deze discussie kan het verschil maken tussen een C1 of C2-label, en daarmee in welke subcategorie de drone gebruikt mag worden (A1 of A2).
Dus niet alleen is het 1) de vraag of de Mavic 3 (of welke ‘legacy drone’ dan ook) achteraf een Cx-label kan krijgen, ook is het 2) de vraag of dat label dan door de gebruiker zelf kan worden aangebracht, en 3) als dat al het geval is, welk Cx-label de drone dan krijgt: C0, C1, C2, C3 of C4.
Bekijk ook onderstaande video van Tech Drone Media: